Van idee tot praktijk: Digital Twin ontwikkeling in een notendop
Het implementeren van een Digital Twin binnen een organisatie of bedrijf kan een complex en uitdagend proces zijn, dat vaak aanzienlijke veranderingen in bestaande werkprocessen en bedrijfsvoering met zich meebrengt. Een Digital Twin is niet slechts een technologisch hulpmiddel, maar een nieuwe manier van werken die een continue stroom van gegevens vereist en integratie met geavanceerde computermodellen om real-world systemen te weerspiegelen en te simuleren. Voor veel organisaties brengt deze transitie diverse uitdagingen met zich mee: van het begrijpen hoe de benodigde data verzameld en beheerd moet worden, tot de integratie van modellen in bestaande infrastructuur en het waarborgen dat de technologie daadwerkelijk waarde toevoegt.
HydroTwin heeft een gestructureerde methode ontwikkeld die bedrijven door deze cruciale onderzoeksfase begeleidt. Het proces is op maat gemaakt voor de specifieke context van elke organisatie, zodat het potentieel van de Digital Twin volledig wordt benut en in lijn ligt met de strategische doelstellingen van het bedrijf.

Een voorbeeld van een Digital Twin haalbaarheidsstudie in vier fases
Om de effectiviteit van een Digital Twin binnen uw organisatie te beoordelen, heeft HydroTwin een gestructureerde methode ontwikkeld, bestaande uit vier opeenvolgende fasen. De eerste fase omvat een verkenning van de gebruikersvereisten via interviews met potentiële gebruikers van de Digital Twin. In de tweede fase wordt een prototype ontwikkeld, aangepast aan een specifieke testcase. Vervolgens ondergaat dit prototype empirische tests onder potentiële eindgebruikers (fase 3). Deze evaluatie vindt plaats via een testpanel dat actief gebruikmaakt van de Digital Twin en daarna een uitgebreide vragenlijst invult. De resultaten van deze empirische evaluaties geven waardevolle inzichten in de haalbaarheid van een volledige implementatie van de Digital Twin (fase 4).

Fase 1: Gebruikersvereisten en scenarioanalyse
De vijf basiselementen van een Digital Twin (zie ook Digital Twins) vormen de basis voor het ontwerpproces. Door middel van gestructureerde interviews met potentiële gebruikers wordt gedefinieerd welke dienst de Digital Twin moet bieden, welke gegevensinteractie beschikbaar is, welk nauwkeurigheidsniveau van de virtuele representatie nodig is, welke simulatie- en analysetools beschikbaar zijn of ontwikkeld moeten worden, en hoe de Digital Twin het fysieke object moet aansturen.
Fase 3: Testen van het prototype
Voor de testfase van het Digital Twin-prototype worden verschillende gebruikssituaties uitgewerkt, waarin een toelichting wordt gegeven op de mogelijke toepassingen van het prototype. De gebruikssituaties dienen als input voor een testpanel om uitleg te geven over de mogelijkheden van het gebruik van de Digital Twin. Vervolgens voeren de leden van het testpanel diverse acties uit met behulp van het Digital Twin-prototype, waarna zij een vragenlijst invullen over hun ervaringen.
Fase 2: Ontwikkeling van een prototype
Om te testen of de resultaten van fase 1 aansluiten bij de verwachtingen van de gebruikers, wordt een prototype ontwikkeld voor een specifieke gebruikssituatie. Dit prototype doorloopt alle ontwerpfasen voor een volledige Digital Twin (zoals verder uitgelegd onderaan deze pagina), maar richt zich op één specifiek element om het project aanvankelijk kort te houden. Op deze manier wordt het potentieel van Digital Twins grondig getest, terwijl de kosten laag blijven en de doorlooptijd kort is.
Fase 4: Evaluatie van de haalbaarheid
De ontwikkeling van het prototype en de testresultaten worden aangevuld met diverse haalbaarheidsstudies, zodat er een conclusie kan worden getrokken over de haalbaarheid van een volledige Digital Twin. Deze conclusie wordt getrokken op basis van vier aspecten: toepasbaarheid, technische haalbaarheid, organisatorische haalbaarheid en economische haalbaarheid. Deze evaluatie vormt de basis voor de besluitvorming over de ontwikkeling van een volledige Digital Twin en biedt de benodigde input om te beslissen of deze werkwijze binnen de organisatie ingevoerd wordt.